Beschrijving

Ontdek de mogelijkheden van deze buitengewone kans om uw droomhuis te realiseren aan de Cadzandseweg 28 te Nieuwvliet. Met een ruim perceeloppervlakte van 594 m2, biedt dit bouwkavel de perfecte gelegenheid om uw eigen droom woning te creëren aan de rand van het gezellige kustdorpje Nieuwvliet.

Gelegen in het hart van West Zeeuws Vlaanderen, geniet u van een centrale locatie die de omringende kustdorpen binnen handbereik brengt. Of u nu verlangt naar ontspanning op de prachtige Zeeuwse stranden of de rust van het natuurgebied de Verdronken Zwarte Polder wilt ervaren, deze locatie biedt het allemaal. 

Maar de voordelen stoppen hier niet. Met nabijgelegen toegang tot populaire Belgische steden zoals Knokke, Brugge, Antwerpen en Gent, kunt u gemakkelijk een dagje winkelen, cultuur opsnuiven of genieten van de culinaire hoogstandjes van onze zuiderburen.

Gelegen aan een rustige straat, biedt deze locatie de perfecte balans tussen rust en activiteit, waardoor het een ideale plek is om een nieuw hoofdstuk in uw leven te beginnen. Maak van deze unieke kans uw eigen en creëer uw eigen oase van rust en comfort in het prachtige Nieuwvliet. Wacht niet langer en laat uw dromen werkelijkheid worden op dit schitterende bouwkavel.

Bijzonderheden

28.2      Bouwregels
28.2.1   Hoofdgebouwen
Met betrekking tot het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
 
a.    de hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen het op de verbeelding aangegeven bouwvlak worden opgericht;
b.    ter plaatse van de bouwvlakken met de aanduiding ‘aaneengebouwd’, mogen uitsluitend aaneengesloten hoofdgebouwen worden gebouwd;
c.    ter plaatse van de bouwvlakken met de specifieke bouwaanduiding ‘geschakeld’, mogen uitsluitend geschakelde hoofdgebouwen worden gebouwd;
d.    ter plaatse van de bouwvlakken met de aanduiding ‘gestapeld’, mag per bouwvlak één hoofdgebouw waarin meerdere woningen zijn ondergebracht worden gebouwd, waarbij per woning een zelfstandige toegankelijkheid gewaarborgd is;
e.    ter plaatse van de bouwvlakken met de specifieke bouwaanduiding ‘lint’, mogen uitsluitend vrijstaande en twee-aaneengebouwde hoofdgebouwen worden gebouwd;
f.     ter plaatse van de bouwvlakken met de aanduiding ‘twee-aaneen’, ‘twee-aaneen - 1’ en ‘twee-aaneen – 2’, mogen uitsluitend twee aaneen gebouwde hoofdgebouwen worden gebouwd;
g.    ter plaatse van de bouwvlakken met de aanduiding ‘vrijstaand’, ‘vrijstaand - 1’, ‘vrijstaand - 2’, ‘vrijstaand - 3’, mogen uitsluitend vrijstaande hoofdgebouwen worden gebouwd;
h.    ter plaatse van de aanduiding ‘onderdoorgang’: tevens een onderdoorgang;
i.      hoofdgebouwen worden met de voorgevel gebouwd in de op de verbeelding aangegeven voorgevellijn, daar waar een dergelijke lijn op de verbeelding is aangegeven. Indien voor een bouwperceel twee voorgevellijnen zijn bepaald, dient zowel de voor- als de zijgevel hierin te worden gebouwd;
j.     de breedte van een hoofdgebouw – een aangebouwd bijgebouw, aan- en uitbouw als genoemd in lid 28.1.2 sub b niet meegerekend – zal minimaal bedragen binnen de bouwvlakken met de (specifieke bouw)aanduiding: 
-      ‘aaneengebouwd’              4,80 meter;
-      ‘geschakeld’                     6 meter;
-      ‘gestapeld’                       niet van toepassing;
-      ‘lint’                                4,80 meter;
-      ‘twee-aaneen’                  6 meter;
-      ‘twee-aaneen - 1’              6 meter;
-      ‘twee-aaneen – 2’             6 meter;
-      ‘vrijstaand’                       7 meter;
-      ‘vrijstaand - 1’                  7 meter;
-      ‘vrijstaand - 2’                  7 meter;
-      ‘vrijstaand - 3’                  7 meter;
k.    de afstand tussen de hoofdgebouwen – een aangebouwd bijgebouw, aan- en uitbouw als genoemd in lid 28.1.2 sub b niet meegerekend – en de zijdelingse perceelsgrens zal minimaal bedragen binnen de bouwvlakken met de (specifieke bouw)aanduiding:
-      ‘aaneengebouwd’              niet van toepassing;
-      ‘geschakeld’                     3 meter (aan één zijde);
-      ‘gestapeld’                       niet van toepassing;
-      ‘lint’                                0,5 meter (aan één zijde);
-      ‘twee-aaneen’                   3 meter (aan één zijde);
-      ‘twee-aaneen - 1’              3 meter (aan één zijde);
-      ‘twee-aaneen - 2’              1 meter (aan één zijde);
-      ‘vrijstaand’                       3 meter;
-      ‘vrijstaand - 1’                  3 meter;
-      ‘vrijstaand - 2’                  3 meter;
-      ‘vrijstaand - 3’                  3 meter (aan één zijde);
l.      de goothoogte van hoofdgebouwen bedraagt maximaal de op de verbeelding aangegeven maat;
m.  de bouwhoogte bedraagt maximaal 4 meter meer dan de maximaal toegestane goothoogte, uitgezonderd daar waar de bouwhoogte op de verbeelding is aangegeven;
n.    ter plaatse van de aanduiding ‘vrijstaand – 1’ en ‘twee-aaneen-1’ mag het bouwperceel maximaal 30 % worden bebouwd met gebouwen en overkappingen;
o.    ter plaatse van de aanduiding ‘vrijstaand – 2’ gelden de volgende bepalingen:
1.    de gezamenlijke oppervlakte van één woning (hoofdgebouw inclusief aan- of uitbouwen) en de daarbij behorende bijgebouwen en overkappingen mag ten hoogste 100 m² bedragen;
2.    goothoogte van gebouwen bedraagt niet meer dan de op de verbeelding aangegeven goothoogte;
3.    de onderlinge afstand van gebouwen mag niet minder bedragen dan 3 meter;
p.    ter plaatse van de aanduiding ‘maximum aantal wooneenheden’ is het maximum aantal woningen bepaald;
q.    ter plaatse van de aanduiding ‘maximum volume’ is het maximum aantal m³ bepaald.
 
28.2.2   Aan- en uitbouwen, bijgebouwen
Bij hoofdgebouwen mogen aan- en uitbouwen en bijgebouwen worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
 
a.    bijgebouwen en aan- en uitbouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak en ter plaatse van de aanduiding ‘erf’ worden gebouwd;
b.    ter plaatse van de aanduiding ‘bijgebouwen’ zijn uitsluitend aan- en uitbouwen en bijgebouwen toegestaan;
c.    de maximale goothoogte bedraagt 3,30 meter;
d.    de maximale bouwhoogte bedraagt 7 meter;
e.    de afstand tussen het hoofdgebouw en vrijstaande bijgebouwen bedraagt minimaal 1 meter;
f.     de afstand tot de perceelsgrens mag niet minder dan 1 meter bedragen, tenzij gebouwen in de perceelsgrens worden gebouwd;
g.    ter plaatse van de aanduiding ‘erf’ mogen de gronden tot maximaal 40% worden bebouwd met bijgebouwen, aan- en uitbouwen, overkappingen meegerekend met een maximum van 60 m²,
h.    in afwijking van het bepaalde in lid 28.2.2, sub g bedraagt de maximaal toelaatbare oppervlakte aan bijgebouwen, aan- en uitbouwen en overkappingen 90 m² voor aaneengesloten percelen met een omvang van meer dan 1.000 m² behorende bij de woning;
i.      in afwijking van het bepaalde in lid 28.2.2, sub g en h bedraagt de maximaal toelaatbare oppervlakte aan bijgebouwen, aan- en uitbouwen en overkappingen 120 m² voor aaneengesloten percelen met een omvang van meer dan 2.500 m² behorende bij de woning;
j.     indien de toelaatbare bebouwing ingevolge het gestelde onder lid 28.2.2, sub g minder bedraagt dan 20 m² is een bebouwingspercentage van 50% tot een maximum van 20 m² toegestaan;
k.    in afwijking van het bepaalde in lid 28.2.2, sub g bedraagt het maximum bebouwd oppervlak, daar waar een dergelijke maat op de verbeelding is aangegeven, de op de verbeelding aangegeven maat.
 
28.2.3   Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
        
a.    de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt maximaal:
-          antennes:                                                    5 meter;
-          speeltoestellen:                                             3 meter;
-          openbare nutsvoorzieningen:                           3 meter;
-          vlaggenmasten:                                            10 meter;
-          overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde:     2 meter.
b.    in afwijking van het bepaalde onder lid 28.2.3, sub a bedraagt de bouwhoogte van een tuin- of erfafscheiding, die gebouwd wordt vóór (het verlengde van) de voorgevellijn maximaal 1 meter.
28.3      Afwijken van de bouwregels
28.3.1   Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
 
a.    lid 28.2.1, sub j en sub k voor een kleinere maatvoering;
b.    lid 28.2.1, voor het onderling uitwisselen van de (specifieke) bouwaanduidingen ‘vrijstaand’, ‘vrijstaand-1’, ‘vrijstaand-2’, ‘vrijstaand-3’, ‘twee-aaneen’, ‘twee-aaneen -1’, ‘twee-aaneen – 2’, ‘aaneengebouwd’, ‘geschakeld’, ‘lint’ en ‘gestapeld’ binnen de bestemming ‘Wonen’, uitgezonderd ter plaatse van de dubbelbestemmingen ‘Waarde-Cultuurhistorie-1 en Waarde-Cultuurhistorie-2’;
c.    lid 28.2.3, sub a tot een bouwhoogte van maximaal 10 meter.
 
28.3.2   De in lid 28.3.1 genoemde afwijkingen bij omgevingsvergunning kunnen slechts worden verleend, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
 
a.    de samenhang in het straat- en bebouwingsbeeld;
b.    de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
 
28.3.3   De in lid 28.3.1, sub b en sub c genoemde afwijkingen bij omgevingsvergunning kunnen slechts worden verleend, mits:
 
a.    geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de samenhang in het straat- en bebouwingsbeeld;
b.    geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
c.    er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de in de omgeving aanwezige architectonische en/of cultuurhistorische waarden;
d.    het aantal woningen per bouwvlak niet toeneemt.
 
28.4      Specifieke gebruiksregels
28.4.1   Verboden gebruik
Tot het verboden gebruik als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, sub c Wabo wordt in ieder geval gerekend:
 
a.    het gebruik van vrijstaande bijgebouwen ten behoeve van de huisvesting van personen;
b.    garages en bergplaatsen voor handel en distributie van goederen;
c.    kamerbewoning;
d.    uitoefening bedrijfsmatige activiteiten in een woning en/of bij de woning behorende bijgebouwen.

Kenmerken